Gelderland Groep
Het bedrijf werd in 1936 in Culemborg opgericht als Meubelfabriek Gelderland door de heer Oberman. Uit het verhaal blijkt onomstoten dat de peilers van de Gelderland organisatie van vandaag de dag, innovatief ontwerp, hoogwaardige kwaliteit en sterk accent op comfort, diep verankerd zijn in de bestaansgeschiedenis.In de vooroorlogse periode hield het bedrijf zich voornamelijk bezig met de productie van eenvoudige houten stoelen met een gevlochten zitting van chinees grijs.
Het allereerste Gelderland model, 1936
In periode van wederopbouw werden naast experimentele modellen nog steeds meubelen ‘van voor de oorlog’ geproduceerd. Langzamerhand werden wel enkele van deze modellen aangepast aan de tijd door bijv. niet langer met chinees gras te bespannen maar met gevlochten kunststof band. Van een herkenbare Gelderland collectie was echter nog geen sprake. In de jaren 50 werden enkele Deense modellen, op zakenreis in licentie gekregen door de heer Oberman, in productie genomen. Daarnaast had Gelderland succes met de zg."’4 in 1 stoel"’. De nationale pers schreef lovende kritieken over de nieuwigheden van Gelderland en langzamerhand kreeg het bedrijf de naam modern en experimenteel ontwerp te produceren.
De "4 in 1 fauteuil"
Vanaf 1952 werden de eerste free lance ontwerpers ingeschakeld en meteen met groot succes. De zg. matrasfauteuil, ontwerp Rob Parry (1925), is in periode 1952 – 1972 in een zeer divers aantal uitvoeringen op de markt gebracht . Het succes van de fauteuil zat in de afneembare matras met een losse hoes, die gemakkelijk te reinigen en vernieuwen was. In genoemde periode een innovatieve ontwikkeling. Aanvankelijk lag de matras op met plastic omklede trekveren waardoor het grote zitcomfort ontstond. In 1968 werden de trekveren vervangen door rubberen singels. Uiteindelijk zijn meer dan 64.000 exemplaren van de fauteuil 1611 verkocht.Rob Parry Model 1611
In 1954 werd een octrooi verkregen op een verbinding voor houten constructies, een soort duvelverbinding met dwarspennen. Tevens werd begonnen met de productie van stalen huiskamermeubelen. Omdat in die periode toch nog enige vrees bestond voor de "koude’’ vormgeving werden veel modellen in een houten en stalen uitvoering gefabriceerd. Toch was de vraag naar stalen meubelen al snel zo groot dat een eigen metaalverwerkende afdeling werd opgericht. In deze periode werden diverse succesvolle Gelderland modellen in licentie gegeven aan bedrijven in de Verenigde Staten, Engeland, Duitsland, Frankrijk, Noorwegen en Zweden.Model 2190 (1954), stalen meubelen Model 1729/30 (1953)
Halverwege de jaren vijftig wordt tevens overgegaan op het gebruik van schuimrubberen kussenvulling waardoor een beter zitcomfort en vorm kan worden verkregen. De strakke eenvoudige vormgeving werd vanaf de tweede helft van de vijftiger jaren steeds meer toegepast. DeJanus bank, aan 2 zijden te gebruiken, de triangel bank en de doublet bank zijn hiervan de meest bekende ontwerpen. De doublet bank, een slaapbank met voldoende lengte en breedte en geheel vlak was een succes. Het model bleef tot 1960 in het assortiment waarna ze werd vervangen door de lotus bank, een slankere versie. Deze lotusbank is geproduceerd tot 1972.
In de jaren 60 braken voor Gelderland minder roerige tijden aan. De meest bekende modellen uit deze periode zijn de Zigzagbank (1960) Telerestfauteuil (1962). Met de intrede van de TV in de Nederlandse huiskamer introduceerde Gelderland zijn eerste TV stoel "zig-zag bank ("een ingenieus uitgedacht geheel van onderling met elkaar verbonden kussens gemonteerd in een frame dat doet denken aan de in onbruik geraakte oer-nederlandse divan") ’de Telerest stoel", voorzien van draaivoet en in hoogte verstelbaar zodat men aangenaam kon schommelen. Deze fauteuil was één van de eerste modellen uitgevoerd in kunstleer. Vanaf 1970 waren de modellen ook te verkrijgen in echt leer. De toegenomen welvaart en veranderingen in de traditionele kijk op wonen brachten met zich mee dat meer en meer het accent kwam te liggen op de zithoek. Binnen Gelderland gingen blokvormen een steeds grotere rol spelen; de armleuning van de banken werden lager zodat rug en armleuning even hoog werden.
Met de hechte samenwerking die in 1969 werd opgestart met Jan des Bouvrie (1942) startte de tweede grote verandering in de geschiedenis van Gelderland. Model 430, nog altijd in de actuele collectie te vinden en destijds geïntroduceerd in een corduroy bekleding, werd de eerste in een lange rij van succesvolle modellen. De meubelen van des Bouvrie, weliswaar strak van vorm maar zeker sfeervol boden de mogelijkheid om een eigen zithoek te creëren. Model 710, een model dat het nieuwe wonen in al zijn facetten uitbeeldde werd in 1973 omschreven als "’zelfmonteerbaar, optilbaar, betaalbaar, verplaatsbaar, verhuisbaar, aanschuifbaar, omkeerbaar, uitbreidbaar, onverwoestbaar, betrouwbaar"’
Eind jaren 70 introduceerde Jan des Bouvrie wit in de Nederlandse huiskamer. De sombere en bruingekleurde huiskamer maakte plaats voor frisheid en ruimte.
In 1982 werd een compleet nieuwe manier van stofferen geïntroduceerd. De hoezen werden voorzien van strips die in de romp worden vastgezet. Deze manier van stofferen werd gepatenteerd en biedt de mogelijkheid de hoes te reinigen, verwisselen of vernieuwen. In het licht van de degelijkheid en tijdloosheid van de Gelderland meubelen een door de gebruiker zeer op prijs gestelde methode en tot de dag van vandaag toegepast.
Strippenstoffering (1982)
Met de introductie van model 4800, een ontwerp van Henk Vos (1939) werden armleuningen en zitgedeelte niet langer als afzonderlijke elementen verwerkt. Deze vormoplossing en de in het oog springende poten geven dit meubel een eigen en vernieuwend karakter. De serie is in de loop der jaren uitgebreid met diverse nieuwe modellen en nog steeds onderdeel van de actuele collectie.In de jaren 80 volgen nieuwe modellen elkaar in een hoog tempo op. De Gelderland meubelen komen tegemoet aan de smaak van een breed publiek dat prijs stelt op modern vormgegeven meubelen die goed zitten en een goede kwaliteit kennen.
In 1994 wordt de serie arX geïntroduceerd; een collectie meubelen voor mensen met een voorliefde voor een klassieke inslag. De modellen van o.a.
Maroeska Metz zijn onmiskenbaar van een andere vormgeving. In korte tijd wordt de collectie populair in binnen en buitenland. In 1998 wordt wederom uitbreiding gezocht. Met de overname van Young wordt een collectie nonchalante en informele meubelen toegevoegd.